Er was eens, heel lang geleden, een blogpost die heette: Who’s the author? Ik zou gauw onthullen welk boek ik zou bespreken, maar daar kwam een hele tijd niks van.
Toch wil ik nog héél graag iets vertellen over dit prachtige
boek. Het is De vlucht van Jesús Carrasco (voor degenen die het prachtige zelfportret mét snor nog niet herkend hadden).
Eerder in 2013 bezocht ik een literaire avond in het NRC Café in Amsterdam
waar Carrasco aanwezig was om over zijn boek te
praten. Dat was ook meteen het moment dat ik het boek kocht en door hem liet
signeren.
Tijdens het gesprek werd me al duidelijk dat De vlucht een
heel bijzonder boek is. Pablo Valdivia, docent aan de Universiteit van
Amsterdam zei al dat De vlucht revolutionair is. Het boek is op geen enkele
manier verbonden aan andere Spaanse publciaties van de laatste tien jaar en is
dus heel verfrissend in de Spaanse literaire traditie.
Bijzonder is dat De vlucht Carrasco’s debuutroman is en dat deze
meteen al zó succesvol is. Het begon tien jaar geleden. Carrasco schreef eerder
voornamelijk korte verhalen. Hij zegt daar zelf over dat het lang duurde voordat
hij een novelist was, omdat daar andere skills voor nodig zijn. Het duurde
zeven jaar voor hij die vaardigheden had.
Toch was voor publicatie al duidelijk dat dit een heel
bijzondere roman was, want voordat het verscheen waren de vertaalrechten al
verkocht aan zeventien landen.
De vlucht gaat over een kleine jongen die uit zijn dorp wegvlucht,
weg van zijn familie en op zoek naar een beter leven. Daarvoor moet hij de
droge binnenlanden van Spanje trotseren, de verwoestende hitte en verzengende
droogte. Hij ontmoet een herder waarmee hij verder reist, terwijl de mensen uit
zijn dorp hem op de hielen zitten. Waarom de jongen precies vlucht wordt pas
aan het einde van het verhaal duidelijk, hoewel Carrasco met kleine subtiele
aanwijzingen een aha-moment weet te creëren op het moment dat de waarheid tot de lezer doordringt.
De vlucht beschrijft de worstelingen van het hedendaagse
leven, het is heel tijdloos. Dat was een enorme uitdaging, volgens Carrasco.
Zijn taalgebruik is heel poëtisch, hij heeft een metaforische manier van beschrijven en toch is het verhaal herkenbaar voor mensen.
Dat is ook de intentie van Carrasco: de poëzie vinden, dat
is zijn doel tijdens het schrijven. Volgens hem is dat de mooiste expressie van
literatuur en daarom zoekt hij daar altijd naar tijdens het schrijven. ‘And when i find it, i feel: this
feels wonderful. I write for these moments.’ De poëzie, maar ook de stilte is
enorm belangrijk in Carrasco’s werk. Daarin zitten de meest krachtige
momenten van het boek verstopt. Carrasco legde uit dat hij wil dat de lezer
nadenkt over de gedachten van de personages. Daarvoor maakt hij gebruik van stilte
in plaats van expliciete gedachten.
Een belangrijk vraag werd die avond gesteld, namelijk: is er
hoop? Dit is niet duidelijk en juist dit maakt de roman zo goed. Het gebrek aan
zekerheid, waarmee iedereen te maken heeft, maakt het verhaal zo herkenbaar voor
de lezer.
Ik vind De vlucht een van de mooiste boeken die ik de
afgelopen tijd las, en misschien wel het mooiste Spaanse boek in tijden. Je
wordt als lezer het verhaal ingezogen, voelt de zon bijna branden op je huid en
het verlangen naar een enkele druppel water op je tong. Het boek zit vol stilte, maar is daardoor tegelijkertijd enorm spannend. Je krijgt er bijna
een knoop van in je maag. Een boek dat een lezer zich zo ongerust, zo bezorgd
doet voelen, is dat enorme succes dan ook meer dan waard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten